Lichaamshoudingen en standen zijn on-losmakend met elkaar verbonden maar wel in die genoemde volgorde. Zo kennen we drie permanente lichaamshoudingen Mami = recht, Hanmi = schuin en Mahanmi = dwars. Het voeten werk, de standen worden bepaald door de lichaamshouding.
Het belang van een goede lichaamshouding mag zeker niet onderschat worden, en is in de meeste gevallen bepalend of een techniek succesvol zal zijn of niet.Ook deze zaken zoals lichaamshouding en standen hebben te maken met de diverse concepten en principes van het Wado karate. Je kunt nog zo’n mooie houding aannemen maar als je deze uitvoert zonder die eerdergenoemde concepten en principes zal de uitvoer nooit geheel succesvol kunnen zijn.
Zo staan we gewoonlijk binnen het Wado karate in extreem lage standen zoals dat in andere karatestijlen wel gebeurt. De reden hiervoor is dat niet alleen jij maar ook je tegenstander snelle en scherpe bewegingen zal proberen uit te voeren om jou te treffen.Wanneer je dan in een (te)lage stand zou staan ben je feitelijk op voorhand al in het nadeel omdat je tegenstander zich veel meer in een natuurlijke stand bevind en zich daardoor sneller en flexibeler zal kunnen bewegen.note: in de martiale art wereld zijn lage standen bijna altijd not done, zie b.v. het Jujitsu of Aikido maar ook binnen het zwaardvechten waar lage standen niet voorkomen.
Een vergissing wanneer er gekeken wordt naar de verschillende filmpje van Otsuka sensei is dat er dan gezegd wordt hij staat niet zo laag omdat hij al wat ouder was toen deze filmpjes werden gemaakt. Dit kun je rustig afdoen als klikklare onzin. Otsuka sensei was vanuit zijn achtergrond het Shindo Yoshin Ryu Jujitsu gewend om op een zo natuurlijk mogelijke te staan en te bewegen en daar horen geen lage standen bij.
Houdingen en standen hebben dus te maken met de concepten en disciplines die we gebruiken binnen het Wado karate. Zo kennen we het dumpen, gronden, drijven, kuzushi en het vastzetten van de tegenstander doormiddel van een stand.Dit soort zaken zullen zeker ook in andere karatestijlen voorkomen, maar het Wado karate kent hier een grote belangrijkheid aan toe.
Standen en houdingen kunnen verschillende functies hebben, functies die we binnen het Wado karate op verschillende manieren gebruiken.Zo is de zogenaamde openingsstand Yoi-dachi niet enkel en slechts een openingsstand om klaar te staan voor de komende oefening, maar deze stand geeft je de mogelijkheid om vanuit die positie direct te kunnen starten met een gevecht.Houdingen en standen kunnen dreigend zijn, maar ook uitnodigend om de tegenstander te verleiden tot het doen van een aanval.
Zo is de houding die we aannemen wanneer we de kihon kumite oefenen bepalend wanneer de tegenstander gaat aanvallen.Voorbeeld: wanneer je bij deze oefening tegenover elkaar staat in gevechtstand moet je maar eens het volgende doen. Plaats je handen maar eens wat hoger dan die van je tegenstander en vraag hem dan om jou aan te vallen. Je zal zien dat hij dat niet direct zal doen omdat jij door het hoog plaatsen van je handen eigenlijk de aanvalsmogelijkheid gesloten hebt.Wanneer je nu in dezelfde positie tegenover elkaar staat en dan je handen iets lager laat zakken zal je merken dat jou tegenstander bijna direct jou wel wil gaan aanvallen, je heb namelijk een gat gecreëerd voor hem en hij krijgt daardoor de indruk dat het hem wel zal lukken om een succesvolle aanval te maken.Wat je hier dus hebt gedaan is dat zonder dat je tegenstander dit direct doorheeft, je je lichaamstaal en houding zodanig gebruikt hebt dat jij feitelijk bepaald wanneer je tegenstander jou aan gaat vallen.